Beveiliging
Telefoon en SIM
PIN-code vragen
- Als deze optie actief is, moet u bij
inschakeling van het apparaat altijd eerst de PIN-code
opgeven. Het kan zijn dat u deze optie bij sommige SIM-
kaarten niet kunt uitschakelen. Zie ‘Uitleg van PIN- en
blokkeringscodes’ op pag. 117.
PIN-code
,
PIN2-code
en
Blokkeringscode
- U kunt de
blokkeringscode, de PIN-code en de PIN2-code wijzigen.
Deze codes kunnen alleen bestaan uit cijfers van 0 t/m 9.
Neem contact op met uw serviceprovider als u een van
deze codes bent vergeten. Zie ‘Uitleg van PIN- en
blokkeringscodes’ op pag. 117.
Zorg ervoor dat u toegangscodes gebruikt die afwijken van
de alarmnummers, om te voorkomen dat u per ongeluk het
alarmnummer kiest.
Periode autom. blok.
- U kunt een time-out instellen
waarna het apparaat automatisch wordt geblokkeerd. Kies
Geen
als u deze automatische blokkering wilt
uitschakelen.
Voer de blokkeringscode in om het apparaat te
ontgrendelen.
Instrum.
117
Copyright © 2006 Nokia. All rights reserved.
Wanneer het apparaat is vergrendeld, kunt u soms nog wel
het geprogrammeerde alarmnummer kiezen.
Tip! U kunt het apparaat handmatig vergrendelen
door op
te drukken. Er wordt een lijst met
opdrachten weergegeven. Kies
Blokkeer telefoon
.
Blok. als SIM gewijz.
- U kunt instellen dat om de
blokkeringscode wordt gevraagd als er een onbekende
SIM-kaart in het apparaat wordt geplaatst. Op het
apparaat wordt een lijst bijgehouden met SIM-kaarten die
worden herkend als kaarten van de eigenaar.
CUG
- Hiermee kunt u een groep mensen opgeven die u
kunt bellen of die u kunnen bellen (netwerkdienst).
Wanneer de oproepen beperkt zijn tot besloten
gebruikersgroepen, kunt u mogelijk nog wel het
geprogrammeerde alarmnummer kiezen.
SIM-diensten bevest.
- Hiermee kunt u een
bevestigingsbericht laten weergeven wanneer u een SIM-
kaartdienst gebruikt (netwerkdienst).
Uitleg van PIN- en blokkeringscodes
Neem contact op met uw serviceprovider als u een van
deze codes bent vergeten.
PIN-code (Personal Identification Number) – Met deze
code wordt de SIM-kaart beschermd tegen ongeoorloofd
gebruik. De PIN-code (4 tot 8 cijfers) wordt gewoonlijk bij
de SIM-kaart geleverd. Als u de PIN-code driemaal achter
elkaar foutief invoert, wordt de code geblokkeerd. U hebt
de PUK-code nodig om deze blokkering op te heffen.
UPIN-code - Deze code wordt mogelijk geleverd bij de USIM-
kaart. De USIM-kaart is een uitgebreide versie van de SIM-
kaart die wordt ondersteund door mobiele UMTS-telefoons.
PIN2-code - Deze code (vier tot acht cijfers) wordt bij
sommige SIM-kaarten geleverd en verschaft u toegang tot
bepaalde functies op het apparaat.
Blokkeringscode (ook wel beveiligingscode genoemd) -
Deze code (vijf cijfers) kan worden gebruikt om het
apparaat te vergrendelen ter voorkoming van
ongeoorloofd gebruik. De fabrieksinstelling voor de
blokkeringscode is 12345. Voorkom ongeoorloofd gebruik
van het apparaat door de blokkeringscode te wijzigen.
Houd de nieuwe code geheim en bewaar deze op een
veilige plaats (niet bij het apparaat). Neem contact op met
uw serviceprovider als u deze code bent vergeten.
PUK-code (Personal Unblocking Key) en PUK2-code - Deze
codes (acht cijfers) zijn vereist om een geblokkeerde PIN-
of PIN2-code te wijzigen. Als de codes niet bij de SIM-
kaart zijn geleverd, neemt u contact op met de operator
van uw SIM-kaart.
UPUK-code - Deze code (acht cijfers) is vereist voor het
wijzigen van een geblokkeerde UPIN-code. Als deze code
niet bij de USIM-kaart is geleverd, neemt u contact op met
de operator van uw USIM-kaart.
Instrum.
118
Copyright © 2006 Nokia. All rights reserved.
Certificaatbeheer
Digitale certificaten vormen geen waarborg voor de
veiligheid. Ze worden gebruikt om de oorsprong van
software te verifiëren.
In de beginweergave van Certificaatbeheer ziet u een lijst
met de autoriteitscertificaten die in het apparaat zijn
opgeslagen. Druk op
om een lijst met persoonlijke
certificaten weer te geven, indien beschikbaar.
U moet digitale certificaten gebruiken als u verbinding
wilt maken met een on line bank of een andere site of
externe server voor acties waarbij vertrouwelijke
informatie wordt uitgewisseld. Digitale certificaten
moeten ook worden gebruikt als u virussen of andere
kwaadaardige software zoveel mogelijk wilt vermijden en
er zeker van wilt kunnen zijn dat de software die u
downloadt en installeert, betrouwbaar is.
Belangrijk: Hoewel het gebruik van certificaten de
risico's van externe verbindingen en de installatie van
software aanzienlijk beperkt, moet u de certificaten wel op
de juiste wijze gebruiken om te kunnen profiteren van een
verbeterde beveiliging. De aanwezigheid van een certificaat
biedt op zichzelf geen enkele bescherming. De beveiliging
wordt pas verbeterd als de certificaten correct, authentiek of
vertrouwd zijn. Certificaten hebben een beperkte geldigheid.
Als de melding
Geldigheid certificaat verstreken
of
Certificaat nog niet geldig
wordt weergegeven terwijl u
zeker weet dat het certificaat geldig is, controleert u of de
ingestelde datum en tijd in de telefoon juist zijn.
De authenticiteit van certificaten controleren
U kunt alleen zeker zijn van de identiteit van een server als
de handtekening en de geldigheidsduur van het
desbetreffende servercertificaat zijn gecontroleerd.
Als de identiteit van de server niet authentiek is of als u
niet over het juiste beveiligingscertificaat beschikt, wordt
een melding weergegeven.
Als u de gegevens van een certificaat wilt controleren, gaat
u naar het certificaat en kiest u
Opties
>
Certificaatgegevens
. Wanneer u de certificaatgegevens
weergeeft, wordt de geldigheid van het certificaat
gecontroleerd en wordt mogelijk een van de volgende
berichten weergegeven:
•
Certificaat niet vertrouwd
- U hebt nog geen
toepassing ingesteld voor het certificaat. Zie ‘De
vertrouwensinstellingen wijzigen’ op pag. 119.
•
Geldigheid certificaat verstreken
- De
geldigheidsperiode van het geselecteerde certificaat is
verlopen.
•
Certificaat nog niet geldig
- De geldigheidsperiode
van het geselecteerde certificaat is nog niet ingegaan.
•
Certificaat beschadigd
- Het certificaat is
onbruikbaar. Neem contact op met de uitgever van het
certificaat.
Instrum.
119
Copyright © 2006 Nokia. All rights reserved.
De vertrouwensinstellingen wijzigen
Voordat u certificaatinstellingen wijzigt, moet u
controleren of de eigenaar van het certificaat kan worden
vertrouwd en of het certificaat werkelijk van de opgegeven
eigenaar afkomstig is.
Ga naar een autoriteitscertificaat en kies
Opties
>
Inst.
Vertrouwen
. Afhankelijk van het certificaat wordt een lijst
weergegeven met de toepassingen die u met het certificaat
kunt gebruiken. Voorbeeld:
•
Symbian-installatie
:
Ja
- Het certificaat kan aangeven
of de oorsprong van een nieuwe toepassing voor een
Symbian-besturingssysteem betrouwbaar is.
•
Internet
:
Ja
- Het certificaat kan aangeven of servers
betrouwbaar zijn.
•
Toep.installatie
:
Ja
- Het certificaat kan aangeven of
de oorsprong van een nieuwe Java
TM
-toepassing
betrouwbaar is.
Kies
Opties
>
Inst. Vertrouw bew.
om de waarde te
wijzigen.
Beveiligingsmodule
Ga naar
Bev.module
en druk op de bladertoets om een
beveiligingsmodule (indien beschikbaar) te bekijken of te
bewerken. Ga voor meer informatie naar een
beveiligingsmodule en kies
Opties
>
Beveiligingsgegevens
.